WiFi-problemen? Een ander modem of toch een andere oplossing?

Dat is zeker niet voor iedereen het geval. Hoewel wij als technologieliefhebbers natuurlijk volledig vóór vrije keuze zijn als het gaat om welke apparatuur je gebruikt, hebben we ook begrip voor de internetproviders. Die hebben goede redenen voor hun afkeer van vrije modemkeuze, waarvan klantondersteuning en veiligheid twee hele belangrijke zijn.

Door iedereen van dezelfde apparatuur te voorzien, kunnen zij klanten veel eenvoudiger, sneller en beter helpen als die problemen ondervinden. Helpdeskmedewerkers kunnen op afstand toegang krijgen tot modems, problemen vaststellen en resets uitvoeren. Als er een monteur langs moet komen, heeft die op voorhand al uitgebreide informatie over de aard van de storing.

Daarnaast maakt een beperkt aantal verschillende modems (in de regel heeft een provider wel een paar verschillende generaties en typen uitstaan bij klanten) het mogelijk om het netwerk goed te beveiligen. Niet voor niets valt er doorgaans weinig in te stellen aan standaardmodems: alles om geen deurtjes voor eventuele kwaadwillenden open te laten staan. Zolang eenmaal vastgestelde beveiligingsproblemen ook snel worden 'gepatcht' oftewel gedicht, is het relatief overzichtelijk om de veiligheid van het netwerk te garanderen.

Doet je internet het goed en heb je overal in huis WiFi met het standaardmodem, zouden wij zeggen: if it ain't broke, don't fix it.

Een keur aan verschillende modems maakt al deze zaken een stuk lastiger voor providers. Zowel het verlenen van hulp of afstand als het beveiligen van het netwerk worden uitdagender. De keerzijde van de medaille van vrije modemkeuze zal dan ook zijn dat wie aan de slag gaat met een eigen modem, minder of geen beroep kan doen op de internetprovider. En bij een geconstateerd beveiligingsprobleem bij een bepaald type modem zal die vermoedelijk weinig anders kunnen doen dat dat type modem niet meer op het netwerk toe te staan - al is het afwachten hoe dat in de praktijk zal verlopen.

Om al deze redenen is het aan te raden een overstap naar een eigen modem alleen te doen als daar echt een noodzaak toe is. Doet je internet het goed en heb je overal in huis WiFi met het standaardmodem, zouden wij zeggen: if it ain't broke, don't fix it. Heb je die noodzaak wél, omdat je WiFi-dekking niet goed is of omdat je modem in de weg staat bij wat je wilt doen met je netwerk, dan is de uitspraak van de Geschillencommissie goed nieuws.

Wat kan je nog meer doen voor beter bereik?

Bovendien zijn er meer manieren om voor betere WiFi te zorgen, dan het modem van je provider te vervangen. Zonder elke mogelijkheid hier uitvoerig uiteen te zetten, kan je kiezen uit een aantal oplossingen om WiFi-bereik te vergroten. De goedkoopste is een zogeheten repeater, die je tegenwoordig zelfs in de bakken bij de discount supermarkt aantreft. Wij raden dit nooit aan: weliswaar neemt de afstand van het signaal toe, maar de bandbreedte halveert. Hele dure repeaters hebben hier minder last van, maar voor de prijs daarvan zijn er aantrekkelijker alternatieven. 

Een tweede optie is het elektriciteitsnetwerk te gebruiken om een netwerksignaal op de gewenste plek te krijgen, met behulp van zogeheten powerline-adapters. Deze zijn eenvoudig te installeren, en als je niet de hoogste snelheid (en dus prijs) nodig hebt, redelijk betaalbaar. Voor een enkel punt in huis kan dit een prima oplossing zijn.

Veruit de meest effectieve oplossing is een zogeheten multiroom wifi setje, ook wel een mesh set genoemd. Twee of drie kastjes (in Engels jargon: nodes) zorgen voor een voldoende sterk signaal overal in huis. Doordat deze kastjes onderling communiceren, zorgen ze dat je apparaten altijd gebruik maken van waar het signaal het sterkste is. Een paar jaar geleden waren dit soort sets nog behoorlijk aan de prijs, inmiddels valt dat alles mee. Met honderd euro kom je al een heel eind. Uiteraard - het blijft technologie - kan het ook veel duurder, maar voor huis-, tuin- en keukengebruik is het echt niet nodig heel diep in de buidel te tasten.