HyperX Alloy Rise 75 Wireless review: lange adem voor een hoge prijs

Met de Alloy Rise 75 Wireless volgt HyperX de huidige toetsenbord-trends: draadloos, enigszins aanpasbaar en qua form factor een middenweg tussen compact en functioneel. HyperX zet als altijd niet al te hoog in qua prijs, met dan ook aardig wat potentie als betaalbaar alternatief in dit nieuwe segment.

HyperX stapt hiermee in een trend waarin gespecialiseerde merken als Keychron voorgingen. Die wonnen de afgelopen jaren veel zieltjes met gedegen en vaak draadloze mechanische toetsenborden. Op hun beurt bieden gamingmerken steeds vaker een soortgelijk pakket, zij het dan gericht op de gamer. In datzelfde straatje overtuigde Corsair bijvoorbeeld met de K65 Plus Wireless 75%, een toetsenbord dat in grote lijnen vergelijkbaar is met het onderwerp van deze review.

HyperX geeft weer een eigen draai aan het concept. Alloy Rise 75 Wireless is eveneens een gamingtoetsenbord op de 75 procent grootte, inclusief een trendy, multifunctioneel potmetertje. Het toetsenbord laat zich besturen over kabel, draadloze dongle of Bluetooth en wordt geleverd met vooraf ingevette hot-swappable schakelaars. Bij HyperX is het pakket een tikkeltje goedkoper dan bij veel concurrenten: de adviesprijs voor de Alloy Rise 75 Wireless bedraagt een redelijke 199 euro, al lijkt de straatprijs wel een stukje lager te liggen. De variant met draad zet aanzienlijk competitiever in, met een adviesprijs à 129 euro.

Hoe voelt en tikt dat HyperX’ middenweg mechanische toetsenbord? We trappen traditiegetrouw af met een fysieke kennismaking van het apparaat.

HyperX Alloy Rise 75 Wireless: aanpasbaar, maar met mate

De Alloy Rise 75 Wireless is geheel in HyperX-stijl niet al te uitbundig ontworpen. In grote lijnen is het ‘gewoon’ een zwartgetint gamingtoetsenbord met een aluminium bovenplaat en kunststof onderstel. Programmeerbare rgb-verlichting schijnt door de degelijke double-shot pbt-keycaps en op de flanken schijnt nog een lijntje sideglow door. Het onderstel komt met uitklapbare voetjes en een compartiment om de dongle veilig in op te bergen. Dit is allemaal volgens het boekje, maar her en der vinden we een eigen kwinkslag.

Zo is de aluminium bovenplaat (magnetisch) los te wippen en kan je ook het HyperX-embleem aan de rechterkant verwijderen. Het idee is dat deze te verwisselen zijn met alternatieven, al blijft het aanbod daarin vooralsnog vrij beperkt. HyperX biedt een witte en marineblauwe variant aan – en dat was ‘m ook weer. Voor het metalen embleempje zijn al helemaal geen alternatieven verkrijgbaar, wat ons af doet vragen waarom het los te wippen is – of waarom het er überhaupt zit.

Net als veel andere toetsenborden in dit segment is de potmeter van de Alloy Rise 75 te vervangen, maar HyperX’ andere mogelijkheden tot aanpasbaarheid? In de praktijk valt het ietwat tegen. Gamers die echt op zoek zijn naar diepe customization of een écht unieke bouw, kunnen nog altijd beter naar custom toetsenborden of bouwpakketjes kijken. Daar laten de behuizingen zich niet beperken tot een of twee anders getinte plaatjes. De voornaamste aanpasbare factor van dit toetsenbord is de mogelijkheid zowel de keycaps als de schakelaars te verwisselen door andere exemplaren. Daar zijn veel opties voor, zolang ze maar voldoen aan de elektromechanische opbouw die ooit door Cherry is bedacht.

De meesten zullen de HyperX Alloy Rise 75 waarschijnlijk gewoon as is gebruiken. Dat is met schakelaars die HyperX Red Linear (of HyperX3) heten. Dat is ook geen schande. Het toetsenbord heeft alles weg van een gedegen mechanische plank voor gamers, maar blijft relatief ingetogen. Daar is op zichzelf niets mis mee. Meer sobere ontwerpen zijn nog altijd welkom in het landschap van gamingapparatuur.

Stevig, maar niet per se chique design

De mate van luxe voelt wel wat karig op de Alloy Rise 75. Het toetsenbord is voldoende stevig gebouwd en weegt een behoorlijke 1031 gram, maar voelt voor hedendaagse standaarden niet per se enorm luxe. Dat zit ‘m vooral in de tast en het geluid van het apparaat: die is niet bepaald chique. HyperX belooft weliswaar vooraf ingevette schakelaars en een stabiele gasket mount, maar doet verder niet aan additionele demping. Dat is nu juist iets wat op dit moment furore maakt. Resultaat: een toetsenbord dat anno 2025 toch wat goedkoper overkomt.

Neem bijvoorbeeld die directe concurrent, de Corsair K65 Plus Wireless. Dat toetsenbordje voelt, even kort door de bocht, gewoon lekkerder. Door de printplaat te ‘sandwichen’ tussen dempingslagen schuiven de schakelaars zachtjes en stabiel op en neer, met ook een subtieler ‘thock’-geluid. Dat is waar custom keyboards en partijen als Keychron al langer furore mee maken. De Alloy Rise 75 klinkt en voelt in vergelijking wat lomper en holler, een beetje als een gamingtoetsenbord uit 2016.

Voor toetsenbordpuristen is dat mogelijk een afknapper, al zal het de meeste doorsnee gamers niet veel uitmaken. Met de Alloy Rise 75 kun je verder namelijk prima spelletjes spelen. Zeker de lineaire schakelaars zijn alsnog soepel en responsief genoeg voor een beetje competitieve inzetbaarheid. De meegeleverde pbt-keycaps overleven daarnaast een flink aantal gamesessies zonder glans op te bouwen. Bottom line: prima materiaal voor de pc-gamer.

Prestaties van de HyperX Alloy Rise 75 Wireless: anno eventjes terug

Wat betreft gameprestaties zet HyperX ook niet al te hoog in. De Alloy Rise 75 Wireless gaat vooralsnog niet mee in trends als hall effect-schakelaars, rapid trigger-actuering of bizar hoge pollingwaardes. Dit is ‘gewoon’ een draadloos mechanisch toetsenbord, op maximaal 1000 hertz ultrapolling, ook al presteert het non-Wireless model wél op 8000 hertz. Ook hier moeten we onwillekeurig terugdenken aan pakweg 2016: de Alloy Rise 75 Wireless had toentertijd hoge ogen gegooid, maar de geboden specificaties zijn inmiddels het absolute minimum voor gamers.

Zie ook de schakelaars in kwestie, die HyperX nu naar eigen zeggen in-house fabriceert en onderling hot-swappable houdt. Dat betreffen zogeheten half ingekapselde drukkertjes à 80 gram actueringskracht, met een travel van 1,8 millimeter. Eigenlijk is dat één-op-één waar de meeste gamers de afgelopen jaren voor kozen, maar ook niets meer dan dat. De levensgarantie van minstens 80 miljoen aanslagen ligt iets hoger dan voorheen, maar ligt ver van de aantallen die de beste (magnetische) schakelaars nu beloven.

Tegelijkertijd hoeft dat geen schande te zijn. Een game-waardig draadloos toetsenbord kostte lange tijd immers de hoofdprijs; HyperX maakt het met de Alloy Rise 75 in elk geval een paar tientjes toegankelijker. Maar heel laag is de vraagprijs nu ook weer niet. Op dit prijsniveau hadden we graag net wat meer gezien, maar HyperX zet klaarblijkelijk in op andere factoren. Met name de accuduur is waar het zich positief onderscheidt.

Merkgetrouw staat HyperX wel beter in de markt wat betreft accuduur, waarvan akte in onze HyperX Cloud III Wireless review. Ditmaal claimt het bedrijf een levensduur van circa 80 uur op een volle lading en met de rgb-verlichting op halve sterkte (en tot 1500 uur zonder verlichting). In de testperiode lijkt het apparaat dat ruimschoots waar te maken. Onze Alloy Rise 75-sample is eenmaal volledig geladen en wordt nu al circa 40 uur volop getest (over zowel 2,4 Ghz als Bluetooth), met nog steeds 69 procent lading in de tank. Middels een fijne sneltoets is de acculading ook tijdelijk af te lezen via de rgb-verlichting; dat zien we graag vaker terug op draadloze toetsenborden.

Weinig ingenieuze software

In het kader ‘het moet toch gezegd worden’: de HyperX Alloy Rise 75 laat zich aansturen door Ngenuity. Die Microsoft Store-applicatie hebben we al vaker besproken en wellicht is dit daardoor ten overvloede, maar Ngenuity is gewoon niet bijster indrukwekkend. Meestal bevat de software net genoeg functionaliteit om apparaten een beetje te kunnen bedienen, en that’s it. Voor de Alloy Rise 75 is dat niet veel anders.

Ngenuity stelt je in staat om meerdere lichteffecten (over elkaar) op het toetsenbord te programmeren en om toetsen van een andere functie te voorzien. Het macro-menu is basaal en van verdere game- of software-integratie is nul sprake. Zelfs het potmetertje is, enigszins verrassend, niet eens multifunctioneel inzetbaar; dat is per definitie altijd een volumiewiel. In ons geval sloeg die encoder ook wel eens op hol, door tijdelijk ‘volume omhoog’ uit te blijven sturen. Het is niet het beste voorbeeld in zijn soort.

Wel doet HyperX zijn best om de Alloy Rise 75 veelzijdig inzetbaar te houden, ook met het oog op draadloos gebruik. Gebruikers kunnen tot tien profielen direct op het toetsenbord opslaan en instellingen meenemen naar Bluetooth-connecties, waardoor Ngenuity al snel geheel optioneel zal worden. Ook voor batterijbesparing en tijdige waarschuwingen zijn enkele instellingen aan te passen, al heeft ook dat niet bijzonder veel om het lijf.  

Conclusie

De HyperX Alloy Rise 75 Wireless is onder de streep een prima draadloos toetsenbord voor de gamer, maar wel eentje die op safe speelt. HyperX lift mee met een aantal recente trends (hot swappable, vooraf ingevette schakelaars, drie verbindingsopties, en natuurlijk het 75% formaat zelf). Los van die elementen is het bijna alsof het toetsenbord niet te veel uit wil blinken. Het tikt en speelt uiteindelijk best aardig, maar in bouwkwaliteit en technische eigenschappen is het absoluut geen hoogvlieger. We missen demping, een snellere verbinding, meer aanpasmogelijkheden en/of een beter softwarepakket om het geleverde optimaal te benutten. Menig hedendaags toetsenbord klinkt out of the box prettiger en reageert sneller bovendien.

Het sterkste punt van de Alloy Rise 75 Wireless is de accuduur, en het inzicht dat het je biedt in resterende capaciteit. Dat is mooi, maar voor de vraagprijs is het geleverde aan de karige kant. Met een adviesprijs van 199 euro gaat het behoorlijk hoog in de boom zitten. Daarvoor krijg je een volledig draadloos en mechanisch toetsenbord, doelgericht op de gamer. Het is aardig robuust en lang van adem, prima voor menig pc-gamer. Maar voor veertig euro minder heeft de concurrentie een model dat in veel opzichten méér biedt. Dat maakt het lastig dit toetsenbord aan te raden. Elektronische atleten zijn daarentegen wel beter af bij het model met draad: dat kost tachtig euro minder en reageert acht keer zo snel.