Met vijf videokaarten voor laptops trapt Intel de eigen videokaartdivisie af - en opent een nieuw strijdtoneel in de concurrentie met AMD en Nvidia
We schreven er al in augustus vorig jaar over: Intel komt terug op de markt met videokaarten. Intel Arc moet gaan concurreren met gevestigde namen AMD Radeon en Nvidia GeForce. Arc is gebaseerd op dezelfde techniek die Intel eerder al integreerde in de eigen processors. Die is bekend als Intel Iris Xe. De eerste generatie Arc-producten kreeg de codenaam Alchemist. Intel belooft dat deze de laptopprestaties van Iris Xe-graphics minimaal moet verdubbelen.
Dat is een relatief bescheiden belofte, en misschien wel zo verstandig. Dit is niet Intels eerste teen in het water van de videokaartenmarkt. Lang, lang geleden (zeg maar: 1998) deed het een poging met de Intel 740 gpu. Pakweg 10 jaar later kondigde het onder veel tromgeroffel Larrabee aan, een chip die de verdiensten van cpu en gpu moest combineren in de ultieme videokaart. Die kwam er nooit, al was de onderliggende techniek succesvol in de relatieve nichemarkt van afnemers van de Intel Xeon Phi processors. Daarna bleef het lange tijd stil. De videokaarten in Intel processors stonden bekend als de meest succesvolle qua aantal - en de minst indrukwekkende qua prestaties.
Met Iris Xe, geïntroduceerd met de 11e generatie Intel Core processors, maakte de grafische rekenkracht een aardige stap vooruit. De prestaties van AMD en Nvidia kon Intel echter niet evenaren. Nu maakt het de onderliggende techniek van Xe beschikbaar in aparte videokaarten.
De geboorte van Intel Arc
Per live uitgezonden presentatie deed Intel de eerste reeks Arc-gpu’s officieel uit de doeken. Deze grafische processoren maken gebruik van Intels zogenaamde Xe-rekenkernen. Elke daarvan bestaat uit 16 execution units en één raytracing-eenheid bestaat. Alle laptop- en desktop-chips van deze Alchemist-generatie zijn gemaakt op het 6 nm procedé van TSMC.
Intel onderscheidt de verschillende prijssegmenten op herkenbare wijze. Net als bij de eigen processors zijn ook de videokaarten onderverdeeld in een -3, een -5 en een -7 serie. Arc 3, Arc 5 en Arc 7 dus: hoe hoger het cijfer, des te hoger de prijs en prestaties. Mogelijk volgt later ook een potentiële Arc 9-lijn, maar Intel stapt eerst rustig in.
Met ingang van 1 april verschijnen eerste twee Intel Arc 3-processoren voor laptops. Dit zijn de instapmodellen A3500M en A370M. Vanaf begin deze zomer moeten snellere modellen verschijnen: de middensegment A550M en de luxere A730M en A770M. Ook hier geldt net als bij processors: hoe hoger het getal, hoe hoger de respectieve rekenkracht.
Intel Arc begint rustig
De nu te lanceren A350M en A370M zijn laagdrempelig ingestoken. Beide videokaarten zijn voorzien van een zeer bescheiden hoeveelheid videogeheugen. Elk heeft slechts 4 GB aan gddr6, verbonden via een 64-bits geheugenbus. Dat is een absoluut minimum voor hedendaagse games. Steeds vaker blijkt 4 GB al aan de krappe kant. Het verschil tussen de twee zit in het aantal rekenkernen, de kloksnelheid en het verbruik.
De A350M heeft 6 van de genoemde Xe-kernen (in totaal dus 96 execution units), op een relatief lage kloksnelheid van 1150 MHz. Deze gpu moet tussen de 25 en 35 watt verbruiken. Intel toonde nog geen benchmarks of beloofde framerates van het laagste instapmodel. De A350M lijkt een goedkope optie voor laptopbouwers om toch een vinkje bij 'aparte videokaart' te kunnen plaatsen. De meerwaarde boven een in de processor geïntegreerde videokaart lijkt zeer beperkt.
Met 8 Xe-kernen op 1550 MHz heeft de A370M meer potentieel. Deze verbruikt dan ook wat meer, tussen de 35 en 50 watt. Ter vergelijking: Nvidia's concurrerende GeForce RTX 3050 Ti kan afgesteld worden op een verbruik tussen de 35 watt en 80 watt. Deze videokaart heeft enerzijds hogere kloksnelheden, maar is wel gemaakt op een minder zuinig procedé. Intel lijkt dus iets betere rendementen te boeken, maar presteert vermoedelijk ook minder.
Verwachte prijs en prestaties
In tegenstelling tot bij de A350M spreekt Intel zich wel uit over de te verwachten prestaties van de A370M. In momenteel populaire games zoals Elden Ring en Destiny 2 moet deze minimaal 60 beelden per seconde kunnen tonen. Dat is bij een op gaming laptops gangbare 1080p-resolutie, met 'medium' grafische instellingen. In snelle games die veel in wedstrijdverband worden gespeeld, zoals Fortnite en Rocket League, belooft Intel zelfs 90 beelden per seconde.
De twee Arc 3-producten moeten dit kwartaal officieel verschijnen. Aangezien het om onderdelen voor laptops gaat, meldt Intel niets over stuksprijzen. In plaats daarvan stelt het dat de 'vanafprijs' voor laptops met deze Arc gpu's rond de 899 dollar moet liggen. Onder meer Samsung en Lenovo onthulden al notebooks met in ieder geval de Intel Arc A370M.
Intel Arc A550M: vreemde eend
De middensegment gpu laat nog even op zich wachten, maar Intel heeft wel al de eigenschappen uit de doeken gedaan van deze enkele laptop gpu. De Intel Arc A550M is in essentie een verdubbeling van de A370M. Hij bevat 16 Xe-kernen (256 execution units) en een ruime 8 GB aan GDDR6-geheugen, verbonden met een 128-bits geheugenbus.
Zeer opmerkelijk is de klokfrequentie van deze videokaart. Die is met 900 Mhz bijna bizar laag te noemen, zeker voor een gpu in de middenklasse. Het maakt het een potentieel heel zuinig chip. De vraag is hoeveel prestaties Intel daar nog uit weet te halen. Mogelijk betreft het een basisfrequentie, die wordt verhoogd wanneer de game erom vraagt - en indien de warmteafvoer van de laptop het toelaat.
Intels Arc A550M-chipset zal op zijn vroegst in de zomer van 2022 in laptops verschijnen.
Krachtpatsers voor monster-laptops?
Het topsegment van de eerste mobiele Arc-processoren bevat net als de instappers twee modellen. Ook die moeten vanaf de komende zomer al geïntegreerd kunnen worden in laptops. De eerste is de Intel Arc A730M. Die heeft met 24 Xe-kernen (384 execution units) en 12 GB aan videogeheugen, verbonden met een 192-bits geheugenbus.
Het absolute mobiele topmodel is vooralsnog de Intel Arc A770M. Deze bevat 32 Xe-kernen (512 execution units) en een stevige 16 GB aan geheugen op een 256-bits bus. De specificaties zouden, kort door de bocht, geheel overeenkomen met het vlaggenschip dat Intel voorbereidt voor desktops, de Intel Arc A770.
Voor zowel de Arc 5 als Arc 7-producten gaf Intel vooralsnog geen benchmarks of beloofde prestaties vrij. Wel liet Intel doorschemeren dat de mobiele Arc 7-producten mogelijk 4K-resoluties aan zouden kunnen, zij het wel voorzien van wat algoritmische trucjes.
Wat maakt Intel Arc anders?
Net als NVIDIA en AMD lanceert Intel een videokaartdivisie niet zonder de nodige huiseigen technologieën. Slimme upscaling, Nvidia DLSS en AMD FSR, horen er vandaag de dag bij. Intel introduceert dan ook een eigen Xe Super Sampling-technologie: Intel XeSS.
Deze doet iets vergelijkbaars als de technieken van de concurrentie. Het algoritme verscherpt de beelden van games met behulp van ‘temporele’ upscaling. Dat betekent: het gebruikt data uit eerdere frames om de resolutie te vergroten. Daarbij gebruikt het een lagere resolutie om hogere aantallen beelden per seconde te behalen. De verscherping rekent er dus ook pixels bij, wat aanzienlijk sneller is dan elke afzonderlijke pixel native te berekenen. Intel maakt het XeSS-algoritme in principe toegankelijk voor de concurrentie, stelt wel aan dat de XMX-structuur van de eigen Xe-kernen het proces significant kan versnellen.
Intel toonde geen harde cijfers over de prestatiewinst die XeSS moet kunnen boeken. Ook noemde het geen compatibele games. Wel zouden grote gamepartijen als Ubisoft en Codemasters al langere tijd werken aan het implementen van de upscalingtechnologie.
Samenwerking tussen CPU en GPU
Naast XeSS leunt Intel vooral op de nieuwe Deep Link-integratie. Door Intel Arc-chips te combineren met Intel Core-processoren, kunnen de twee chips sneller samenwerken. Dit leidt tot een betere verdeling van het stroomrendement, maar ook prestatiebonussen tot 24 procent. Zeker het encoderen van video’s zou door Deep Link versneld kunnen worden. Dat klinkt dus als iets anders dan wat AMD doet al enige tijd doet onder de noemer SmartShift. Hierbij kan een laptop met Ryzen processor en Radeon graphics de toegestane respectieve verbruikslimieten verhogen, al naar gelang of een toepassing meer cpu of meer gpu-rekenkracht nodig heeft.
Eerste met AV1
Ten slotte zet Intel flink in op AV1-videocompressie. AV1 is de beoogde opvolger van de h.264 en h.265 codecs die momenteel de basis vormt voor 4K video streaming. De Intel Arc-processoren zijn de eerste gpu's die zowel AV1-decoding als -encoding ondersteunen, waardoor gecomprimeerde video en livestreams sneller in- en uit te pakken zijn.
AV1 belooft lagere bitrates en hogere beeldkwaliteit dan h.265 (hevc), maar vereist veel meer rekenkracht bij het encoderen. Om die reden is hardwarematige versnelling in de videokaart heel aantrekkelijk voor wie met video werkt. Iets vergelijkbaars gebeurde overigens met eerdere videocodecs als mpeg2, h.264 en h.265. Het is vermoedelijk een kwestie van tijd eer AMD en Nvidia deze ondersteuning ook toevoegen. Zeker omdat AV1, in tegenstelling tot h.265, geen royalty's kost.
Intel Arc voor desktop-pc's
De eerste mobiele Intel Arc gpu's zijn er dus nu. Voor varianten voor desktop-pc's moeten we nog even wachten. Intel repte er in de presentatie met geen woord over. De desktopgeneratie van Arc Alchemist staat volgens eerdere informatie op de planning staat voor het tweede kwartaal van 2022.
Kort na de presentatie toonde Intel wel een teaser van een ‘Limited Edition’ van wat vermoedelijk het vlaggenschip van de desktop Alchemist-generatie is. Met twee ventilatoren, een overwegend gitzwart chassis en een dikte van twee slots lijkt de Intel Arc A770-videokaart een slanke krachtpatser. Ook hiervan houdt Intel de geplande releaseperiode van komende zomer aan.