ASUS ProArt P16 (2025) review: chique laptop voor creators levert ook onderweg vernuftige rekenkracht

Welnee, u ziet niet dubbel. De nieuwe Asus ProArt P16 (2025) is simpelweg het creatieve broertje van de Zephyrus G16, die we vorige maand nog over de vloer hadden. Hetzelfde chassis, maar net een iets andere insteek. Die luxe gaminglaptop kon met een kleurcorrect oled-scherm al prima dienst doen als werkpaardje voor creators, maar onder Asus dochtermerken is ProArt where it’s at voor de creatieveling.
De P16 deelt weliswaar een globale vorm en opbouw met de G16, maar de insteek is anders. Het geheel is wat zakelijker, minder flashy. Het aluminiumchassis is matzwart, in plaats van metallic grijs met futuristische lampjes. Het toetsenbord is dan ook voorzien van een zakelijk lettertype, met ‘slechts’ witte rgb-verlichting. Onder de motorkap is de indeling eveneens anders, maar zeker niet al te ver afgezwakt. Content creators hebben immers net zo veel baat bij een flinke portie moderne rekenkracht.
Het is vooral de keuze die met de ProArt P16 inkrimpt. Waar de Zephyrus G16 geleverd wordt met verschillende gpu’s en kleuren, is de nieuwe P16 in één smaak verkrijgbaar, met hoogstens nog een verschil in de hoeveelheid ingebakken werkgeheugen. Geen gedoe: gewoon één compacte laptop voor de contentmakers.
ASUS ProArt P16 (2025): doet denken aan een zwarte MacBook
Voor de vorm moeten we, nou ja, de vorm van de Asus ProArt P16 (2025) aanhalen. Die is zoals gezegd nagenoeg identiek aan die van het gamende broertje, alsmede het P16-model van vorig jaar. Dat betreft een chique aluminium bijna-unibody (technisch gezien bestaat het uit twee delen), die dichtgeklapt circa 17 millimeter dik is. Lees: behoorlijk dun, zeker voor een op kracht gerichte Windows-laptop. Het chassis voelt mokerstevig en is middels een subtiele korreltextuur ook aardig vlekbestendig.
Opvallend is juist hoe de P16 niet op wil vallen. De ProArt-laptop is donkergrijs-tot-zwart, met nergens opzichtige logo’s of uit de toon vallende stijlelementen. Alleen in de hoek van de bovenklep staat eenmaal netjes het ProArt-beeldmerk, daar blijft het bij. De merkduiding onder het oled-scherm valt zo goed als weg. Klinkt misschien wat saai, maar het voelt juist lekker strak en chique: de laptop zelf hoeft niet per se op te vallen. Het straalt ‘zwarte MacBook’ uit, maar dan dus van Asus. Wellicht ten overvloede, maar de MacBook-vergelijkingen zien we hier dus als een compliment.
Aan de onderzijde valt wel op dat we het hier over een luxer Windows-systeem hebben. Daar vinden we ruim bedeelde roosters voor de nodige toe- en afvoer van frisse lucht. Een net detail: de roosters zijn bedekt met een fijn gaaswerkje, dat ervoor zorgt dat het onderliggende koelsysteem zichzelf niet al te snel volzuigt met stofdeeltjes. Wel zo netjes.
Op creators gerichte aansluitmogelijkheden
Wat betreft in- en uitgangen: die vinden we wederom op de flanken, met plaatsing en invulling dus weer identiek aan de recente Zephyrus G16. Dat is geen schande, gezien de aansluitingen daar al vrij creator-gericht aanvoelde. Denk daarbij aan twee usb-a-poorten, twee usb-c-poorten, hdmi 2.1-uitvoer, een standaard audio-jack en de inclusie van een SD-kaartlezer. Zelden zal er veel meer nodig zijn dan dat om gewoon door te werken.
Met het oog op de contentmaker, alsmede de concurrerende processorfabrikant, wordt wel een beetje gesjoemeld met de precieze interfaces achter de aanwezige poorten. Zo maakt Thunderbolt 4 hier plaats voor een reguliere usb 4.0-poort (40 Gbps), al is die uiteraard nog altijd compatibel met Thunderbolt 3. De kaartlezer voldoet ditmaal aan de hogere SD Express 7.0-klasse (tot 985 MB/s). Voor de makers die nog veel met SD-kaarten werken, vooral fotografen, is dat laatste absoluut een meerwaarde. Dat bespaart toch weer één kaartlezer in de tas en het ‘verspillen’ van een usb-poort aan dat lezertje.
Andere gaatjes in het chassis vinden we in de vorm van de opwaarts gekeerde luidsprekers. Ook dit element komt overwaaien van de Zephyrus-reeks – en ook hier juichen we dat toe. Het Smart AMP-luidsprekersysteem is fraai gebalanceerd en klinkt, ondanks de geringe dikte van de laptop, behoorlijk ruimtelijk. Er zit een helder contrast tussen diepe bastonen en hoogklanken, zonder scherpend te worden. Voor preciezere audiobewerking blijft de koptelefoon een must, maar met deze speakers kan je prima een filmpje kijken of je videoproject previewen met omstanders.
De DialPad als unicum
Het toetsenbord en de touchpad leent de Asus ProArt P16 (2025) ook van de Zephyrus-broertjes, zij het wel met minieme aanpassingen. Daaronder valt enerzijds de eerder genoemde versobering van het toetsenbord: zakelijk witte verlichting en een veel minder futuristisch lettertype. Dat past hier prima – en het tikt ook nog steeds voldoende lekker. Interessanter is de toevoeging van een eigen unicum op het touchpaneel, waarin de voortzetting van Asus’ DialPad verborgen ligt.
Met een simpele veeg van de vinger activeert de DialPad in de linker bovenhoek van het ferme touchoppervlak. Eenmaal geactiveerd wordt dit cirkeltje een digitaal draaiwieltje op zichzelf, met legio toewijsbare functies. Denk aan een extra volumewiel of een scroll door verschillende vensters, maar het nuttigst blijken toch de creatieve inhakers. De DialPad is namelijk aardig compatibel met de software van (vooral) Adobe.
Voor onder meer Photoshop, Premiere Pro en Lightroom zijn per direct functiepakketten beschikbaar, die de DialPad direct behoorlijk multifunctioneel maken. Het vergt uiteraard enige gewenning, maar door een stukje tijdlijn scrollen of snel schaduwen uit foto’s ‘bumpen’ gaat uiteindelijk vrij makkelijk met de DialPad. Een groter of fysiek draaiwiel – zie ook de Logi MX Creative Console – biedt vanzelfsprekend iets meer controle, maar desalniettemin is het mooi om dit direct ín de laptop geïntegreerd te hebben. Voor vlotte edits onderweg biedt dit interessante mogelijkheden.
Weer een nieuw oled-scherm voor de ProArt P16
Traditiegetrouw moet een ProArt-scherm werkbaar zijn voor creatieve professionals. Een beetje scherpte is mooi meegenomen, maar het zijn vooral de kleuren die moeten schitteren – of eerder: gewoon moeten kloppen. Niet gek dus ook dat de P16 terugkeert naar een gedegen oled-paneel, dat ditmaal wel net van een andere klasse is.
Waar de P16 van vorig jaar nog beroep deed op een 4k-touchscherm op 60 hertz, ligt deze editie weer dichter bij de Zephyrus-broertjes. De scherpte schaalt terug naar een nog altijd toereikende 2880 bij 1800 pixels, een resolutie die door Apple veel gebruikt wordt. De beeldverversing verdubbelt tot 120 hertz – de helft van Asus’ luxe aanbod voor gamers. Het resulteert in ieder geval in een merkbaar vloeiender scherm, wat lekker snappy reageert en eventueel nog altijd prima te gebruiken is voor games.
Saillant verschil met de tegenhanger uit het Zephyrus-kamp: de ondersteuning van touch-invoer. Dat klinkt aanvankelijk als een welkom extraatje, maar enorm nuttig voelt het niet bepaald. Gezien het scherm niet platgelegd kan worden of geheel om te vouwen is, voelt aanraakinvoer vaak wat wiebelig en wankel. Prima om eens iets mee aan te klikken, maar niet geschikt om mee te werken. Daarmee hardt ook de doelgroep verder uit: de laptop lijkt vooral bedoeld voor contentproducenten binnen bijvoorbeeld videografie of 3D-werk, niet zo zeer de conceptuele tekenaars.
Machtige kleuren, zij het iets minder fel
Desalniettemin zijn kleurcorrectheid en een beetje punch in de beeldprestaties waar het om draait. Zoals we al langer van Asus gewend zijn, is de kleurkalibratie van dit oled-scherm dik in orde. De fabrikant belooft 100% dekking van het DCI-P3-kleurengamma, Pantone-verificatie en 400 nits piekhelderheid in sdr – met 500 nits in hdr. Zover we dat alles na kunnen lopen, lijkt dat ook allemaal grofweg te kloppen.
We meten iets lagere piekhelderheden dan beloofd: 377 nits in sdr en 406 nits in hdr, zij het wel met een fraaie uniformiteit. Ons sample-model wijkt qua lichtsterkte enkel in de hoeken heel lichtjes af. In het ergste geval hebben we het dan over circa 5 nits lichter of donkerder dan het midden van het paneel. Dat zijn vergeefbare marges en dus spreken we over een overwegend uniform oled-paneel. Met de beperkte lichtsterkte en een reflecterende coating is het echter wel zaak dat er exclusief binnenshuis wordt gewerkt.
De kleurweergave blijkt inderdaad van hoog niveau. Zo dekt het scherm inderdaad 99,3 procent van het P3-kleurengamma – die 0,7 procent marge nemen we voor lief – en blijkt het paneel out of the box wederom fraai gekalibreerd. De deltaE-afwijking in sRGB bedraagt gemiddeld slechts 0,74 en in het bredere DCI-P3 is dat met gemiddeld 0,73 net zo goed. Dat valt ruim binnen de vereiste kleurcorrectheid om het scherm voor professioneel kleurenwerk te benutten; schakel simpelweg P3 in en je hebt voorlopig nergens meer omkijken naar. Behalve de getoonde kleuren zelf: daar kijken we graag naar tijdens het werk.
Spijtig is dat AdobeRGB nog niet wordt meegenomen in Asus’ fabriekskalibraties. Dit scherm dekt dan ook ‘maar’ 87,7 procent van dat professionelere kleurengamma, dat ook geschikt is voor onder meer fysiek (print)werk. Zeker nu steeds meer fabrikanten met gedegen oled-panelen en dito P3-kalibratie uitpakken, zit daar mogelijk nog een klein verbeterpuntje. Bij deze luxe ProArt-laptops wordt al drie maanden Creative Cloud geleverd; een volwaardige ondersteuning voor Adobe’s eigen kleurenspectrum zou een mooie match zijn. Wellicht is dat iets voor toekomstige ProArt-laptops. Al zou Asus best een AdobeRGB-profiel via een update beschikbaar kunnen maken.
OLED-waardige responsiviteit
Minder relevant voor de creativiteit, maar mogelijk wel voor de ontspanning: de responstijden van het paneel. Bij een beetje oled hoort een vlotte verversing, zeker nu dit scherm een soepelere 120 hertz klokt. Dat gaat alleszins goed: we meten gemiddeld een responstijd van 1 milliseconde. Alle overgangen blijven bovendien ver onder de 8,33 milliseconde die nodig zijn om 120 hertz zonder ghosting weer te geven.
Het is weliswaar niet het hoofddoel van een creatorlaptop, maar toch: ja zou nog best een potje kunnen gamen op deze ProArt. Dat wordt verder onderstreept door de hardware die in het onderstel verwerkt zit. Want ja, ook dat element wijkt dus niet al te ver af van een gedegen gaminglaptop…
Hardware van de ASUS ProArt P16 (2025): schaalbare kracht met toereikende koeling
Wat betreft harde waren begeeft de ASUS ProArt P16 (2025) zich op gameterrein, al wijkt het hier verder af van de Zephyrus G16 dan gedacht. Dat zit ‘m vooral in de centrale processor: ditmaal geen opgevoerde Intel, maar een rendementsrijk alternatief van de concurrent. De AMD Ryzen AI 9 HX 370 kennen we van onder meer de MSI Stealth A16 en de TUF Gaming A14 – en ook hier doet de chip weer prima dienst.
Deze Ryzen AI 9 brengt behoorlijk wat ruwe rekenkracht in een schaalbaar pakket, met een flinke toef AI-rekenkracht erbovenop (50 AI TOPS). In de allerzwaarste processortests scoort de cpu weliswaar 20 procent minder hoog dan de krachtigste stroomslurpers van Intel (uit hun dertiende en veertiende generatie), maar dit AMD-model doet dat op veel lagere wattages en met significant minder warmteontwikkeling. Bij ons kwam de chip nimmer boven de 84 graden Celsius, zonder dat de ProArt P16 daarbij overdreven luid werd.
Dat heeft zeer waarschijnlijk te maken met Asus’ vernieuwde koeloplossing, die zowel de cpu als de gpu en het werkgeheugen bedekt. Ditmaal betreft dat een systeem zonder dampkamer, maar wel met de terugkeer van metalen koelpasta en maar liefst drie ventilatoren (tegenover de reguliere twee voor dit soort systemen). Het lijkt alleszins toereikende koeling, die vrijwel alle workloads zonder al te veel moeite of lawaai afhandelt.
Onderaan de streep biedt het systeem genoeg ruwe processorkracht voor het meeste creatieve werk. Zo’n opgevoerde Intel Core Ulta 9 of Raptor Lake-cpu presteert her en der misschien nog iets beter, maar het verschilt in de praktijk niet bijster veel. Voor de meeste creatieve professionals zal dit ruim voldoen. Deze cpu smelt immers niet weg bij een complexere 3D-creatie, laat staan een paar uur intensief 4K-video’s bewerken.
Voldoende vernieuwende (grafische) kracht
Daar komt bij dat de Ryzen AI 9 niet alleen staat. Voor grafisch werk als rendering (en/of het entertainment) krijgt de cpu steun van Nvidia’s GeForce RTX 5070. Deze moderne, mobiele videokaart voorziet in de nodige extra grafische rekenkracht, alsmede nog een extra push op AI-taken (798 AI TOPS). Binnen Nvidia’s bestand spreken we een beetje van een middenweg-gpu voor gamelaptops, maar voor legio creatieve toepassingen is het zeker niet de minste bonus.
De RTX 5070 stelt 3D-makers in staat om met meer effecten te werken, waaronder ook ‘gewoon’ een aardig stukje raytracing. Kijkende naar onze Port Royal-tests blijkt dat de RTX 5070 op het niveau presteert van een mobiele RTX 3080, en zelfs een tik boven een desktopvariant van de Arc A770 of een Radeon RX 6750 XT. Dat zijn absoluut werkbare raytracing-resultaten voor makers die hun creaties ook (eventjes) in dat licht willen zien. Ook los van het raytracen rendert de gpu de vaste Blender-benchmarks gretig af.
Voor videoproducers brengt de RTX 50-serie ook weer een nieuwe generatie NVENC mee, met snellere encoding en decoding van filmbestanden. Zo ondersteunt de RTX 5070 (wederom) het native en- en decoderen van AV1-video’s en H265-bestanden (HEVC), voor het eerst ook op 4:2:2-bitdiepte. Tot voor kort liep Nvidia daar achter op Apple en gek genoeg Intel, terwijl dergelijke log-video’s steeds vaker de norm worden, ook onder de kleinere of zelfstandige creators. Wat dat betreft doet de ProArt-reeks er goed aan om precies deze gpu mee te nemen in de set-up.
Mochten er nog twijfels zijn over de hitte die RTX 50-chips genereren: dat valt alleszins mee. In moderne laptops is dat vaker een probleem voor de cpu, zo blijkt ook hier. Met deze koeloplossing loopt de temperatuur van de RTX 5070 hoogstens op tot 70 graden Celsius, zelfs in zware gamingbenchmarks.
Wat betreft verdere componenten maakt de ProArt P16 plaats voor een rappe M.2 ssd van 1 terabyte (met een extra M.2-slot ter uitbreiding) en 32 of 64 GB aan ingebakken lpddr5-geheugen. In het geval van ons samplemodel betrof dat de volle 64 GB aan werkgeheugen. Je moet er aardig wat drukke Adobe-projecten (tegelijkertijd) tegenaan werpen worden om dat vol te krijgen. De opslag zal eerder opraken, maar die is dan ook relatief makkelijk uit te breiden.
De ASUS ProArt P16 blijft onderweg werkbaar genoeg
Blijft de ProArt P16 ook nog een beetje mobiel werkbaar, met al die mooie hardware bijeen? Jawel hoor, tot op een zekere, logische hoogte. De Ryzen AI 9 HX 370, in combinatie met een oled-scherm houdt het hoofd nog aardig boven water zonder netstroom. Dat zagen we al in eerdere soortgelijke laptops, maar ook hier wordt het weer eens onderstreept. Met dit pakket kun je ook nog een paar uurtjes op de accu werken, zonder al te veel verlies van kracht.
Wat kantoorwerk houdt de ASUS ProArt P16 (2025) al snel vijfenhalf uit op een volle accu, zo blijkt uit onze tests. Afhankelijk van werkdruk en intensiviteit stijgt of daalt die duur, maar het rendement zakt naar ons idee nergens te ver in. Gebruik je dat oled-scherm bijvoorbeeld puur om films of lange docu’s te kijken, misschien wel je eigen werk, dan mag je daar al snel een goed uur bij optellen. PCMark 10’s videotest tikt een nette 6 uur en 30 minuten aan.
Ga je onderweg aan de slag met de P16 voor het importeren, bewerken en exporteren van grote videobestanden, dan kun je alsnog uitgaan van een uur of drie aan uptime. In ons geval kwamen we vaker daarop uit in real-life resultaten, maar hardere benchmarks bevestigen dergelijke prestaties. PCMark 10’s gamingtest houdt de laptop, op een gebalanceerd stroomprofiel en met circa 205 nits aan schermhelderheid, toch 2 uur en 54 minuten uit. Dat is een aanzienlijk beter resultaat dan we zagen met de Zephyrus G16. Zonder netstroom worden de chips vanzelfsprekend enigszins aan de banden gelegd, maar de krachtkrimp valt mee: die bedraagt meestal niet meer dan een kwart.
Conclusie
Het is moeilijk om als creator niet gecharmeerd te raken van de 2025-editie van de ProArt P16. Met zo’n kleurcorrect oled-scherm kom je al een heel eind, maar de P16 doet nog zo veel meer goed. Dat zit ‘m vooral in de krachtige hardware, nauwgezet ingespeeld op de wensen van creatievelingen, die nog altijd netjes verpakt blijft in een ontiegelijk chique en compact chassis.
Verdere luxes zoals de SD Express 7.0-kaartlezer en uiteraard het DialPad-unicum leggen creators verder in de watten. Ze zullen niet voor iedereen altijd even veel nut hebben, maar het is vooral de inclusie die onderstreept: dit apparaat wil creatieve professionals op zoveel mogelijk fronten tegemoetkomen. Als je als foto- of videograaf ook onderweg shoots verder af moet werken, dan biedt dit ontzettend veel werkbaarheid in een 16” groot pakketje.
De verbeterpuntjes vinden we vooral in de marges, en ontzettend groot zijn ze dan ook niet. Een ietwat feller scherm had niet misstaan voor betere (hdr-)prestaties en vooral meer mogelijkheden buitenshuis te werken. Hetzelfde geldt voor de verdere dekking van (en kalibratie voor) het AdobeRGB-spectrum: dat was een mooie toevoeging geweest voor de uitstekend gekalibreerde sRGB- en P3-profielen. En die touchinvoer? Dat komt in deze vorm ook niet goed tot zijn recht: tekenaars zullen zich er niet door laten verleiden.
Geen van deze zaken zijn grote gebreken, maar eerder iets waar Asus in de toekomst nog verder aan kan sleutelen. Voor nu is en blijft de ProArt P16 vooral een begeerlijke machine voor videoprofessionals, fotografen en 3D-creators. Als Asus deze lijn voortzet, kan de aantrekkingskracht enkel toenemen.
ASUS ProArt P16 (2025, H7606)
ASUS ProArt P16 (H7606WP-RJ075X) in een oogopslag |
|
AFMETINGEN | 35,4 x 24,6 x 1,74 cm (BxHxD) |
GEWICHT | 1,95 kg |
BEELDSCHERM | 16 inch OLED touchscreen 2880x1800 pixels Pantone-gevalideerd HDR True Black 500 |
AUDIO | Smart Amp-luidsprekers Ingebouwde array-microfoon 3,5 mm headset-aansluiting |
WEBCAM | FHD-camera IR-functie (Windows Hello) |
AANSLUITINGEN | 1x USB 4.0 (40 Gbps, DP alt / PD) 1x USB 3.2 Gen 2 Type-C (10 Gbps) 2x USB 3.2 Gen 1 Type-A (10 Gbps) 1x HDMI 2.1 (FRL) 1x SD-kaartlezer (SD Express 7.0) |
NETWERK | Wi-Fi 7 (802.11be) 2x2 Bluetooth 5.4 |
VINGERAFDRUKLEZER | Nee |
Extra INVOER | ASUS DialPad (in touchpad) |
PROCESSOR | AMD Ryzen AI 9 HX 370 CPU: 12 cores (24 threads) tot 5,1 Ghz iGPU: Radeon 890M NPU: XDNA (tot 50 TOPS) 70 W TDP |
VIDEOKAART | Nvidia GeForce RTX 5070 8 GB GDDR7-geheugen |
WERKGEHEUGEN | 64 GB LPDDR5x-7500 RAM Dual-channel (niet uitbreidbaar) |
OPSLAG | 1 TB NVMe SSD (2x M.2-2280 slots) |
ACCU | 90 Wh, 4-cel lithium-ion 200 watt lader meegeleverd |
Fabrikantinfo | Lees meer bij ASUS |
TESTRESULTATEN PRESTATIES |
PCMark 10 Basic score: 7960 Storage score: 1880 Storage bandwidth: 296,6 MB/s Geekbench 6.4 ST: 2912 MT: 15233 Compute: 123610 Geekbench AI ONNX CPU: 5908 ONNX DirectML: 14967 OpenVINO CPU: 15027 Cinebench R23 Multi core: 21538 Single core: 1972 Blender CPU: 299.52 GPU: 3810.29 3DMark Time Spy: 11401 Port Royal: 7567 Fire Strike Ultra: 7584 Steel Nomad: 2577 Steel Nomad Light: 11916 CPU Profile: 1167 - 10135 Storage: 2138 Gaming (native resolutie, geen upscaling) Cyberpunk 2077 (High): 53 fps Far Cry 6 (Ultra): 82 fps Shadow of the Tomb Raider (High): 84 fps |
TESTRESULTATEN ACCU |
Cinebench R23 Multi core: 19645 Single core: 1636 PCMark 10 Gaming: 2 uur, 54 minuten Modern Office: 5 uur, 24 minuten Video: 6 uur, 30 minuten |
TESTRESULTATEN BEELDSCHERM |
Helderheid en contrast: Minimaal: 4,37 nits Maximaal: 377 nits Contrast: oneindig:1 Kleurweergave en -afwijking: sRGB gem. dE2000: 0,74 sRGB max. dE2000: 3,25 P3 gem. dE2000: 0,73 P3 gem. dE2000: 2,16 Dekking sRGB: 100% DCI-P3: 99,3% AdobeRGB: 87,7% Responstijden (RGB10): Gemiddeld: 1 ms Percentage <8,33 ms: 100% Beste: 0,4 ms Slechtste: 3,1 ms |
BESTURINGSSYSTEEM | Windows 11 (Home) |
ADVIESPRIJS | € 3.099 |
Koop bij | Bol.com |