Met Thunderbolt Share kan je met de ene PC de andere bedienen
Thunderbolt is de afgelopen jaren meer gemeengoed geworden. Althans, bijna elke laptop met Intel processor sinds de 11e generatie Core heeft wel een of twee Thunderbolt-aansluitingen. Ze zien eruit als usb-c, maar bieden een hogere snelheid dan usb. De stekker mag hetzelfde zijn, het signaal dat er doorheen gaat is iets heel anders. Je kan er hele indrukwekkende dingen mee doen, maar de realiteit is dat de meeste mensen die niet gebruiken. Nu voegt Intel, bedenker van en drijvende kracht achter Thunderbolt, weer een nieuwe mogelijkheid toe. Geheel in stijl is Thunderbolt Share indrukwekkend, maar is het directe nut voor de doorsnee gebruikers beperkt. Dat een extra licentie vereist is, zal brede adoptie niet helpen.
Thunderbolt Share: PC-naar-PC verbinding
Thunderbolt wordt de komende tijd alleen maar meer gemeengoed, want de usb4-standaard is erop gebaseerd. Weliswaar kan niet elke usb4-poort wat elke Thunderbolt-aansluiting kan, maar de basis is vergelijkbaar. Meerdere protocollen, waaronder een directe pci-express verbinding naar buiten, over een usb-c aansluiting. Daarnaast is Thunderbolt 4 een bijna standaardvoorziening op recentere Intel laptops. Met Thunderbolt 5 gaf Intel de standaard weer een exclusiever karakter: hiervoor is een aparte chip nodig, maar dan krijg je wel nog (veel) hogere snelheden. Je leest er hier meer over.
Met Thunderbolt kan je snelheden tot 40 (Thunderbolt 4) of zelfs 80 tot 120 (Thunderbolt 5) gigabit per seconde behalen. Een stuk meer dan bij usb dus, als haalt usb4 in theorie ook 40 Gbit/s. Die snelheid kan je benutten voor, tsja, eigenlijk twee dingen. Hele snelle externe opslag (ssd's), en externe grafische kaarten. Die laatste maken het mogelijk om dunne en lichte laptops (of zelfs tablets) te voorzien van genoeg grafische rekenkracht om erop te kunnen gamen. Daarnaast is de bandbreedte van Thunderbolt 5 in staat om hoge resolutie monitoren op hoge beeldfrequenties aan te sturen. Niet voor niets werkt die standaard met DisplayPort 2.1.
Qua toepassingen was het dat wel zo'n beetje: nuttige zaken, voor heel specifieke gebruikers. Thunderbolt Share voegt een set mogelijkheden toe. Hiermee kan je tussen pc's onderling (rechtstreeks of via een Thunderbolt dock of docking monitor) verbinding leggen. Doe je dat, dan kan je met de ene pc de andere bedienen, en heel snel bestanden overzetten. Dat laatste kan op meerdere manieren: gewoon kopiëren met drag & drop, synchroniseren of het overzetten van bestanden van een oudere naar een nieuwere pc.
KVM op steroïden
Daarmee is Thunderbolt Share een soort kvm-schakelaar (keyboard video mouse switch) op steroïden. Al deze dingen kan je namelijk met moderne kvm-oplossingen ook doen. Behalve de ene pc met de andere bedienen, maar voor de gebruikservaring maakt dat weinig uit. Je kan met een moderne docking monitor met kvm met één set van muis en toetsenbord twee pc's tegelijk bedienen. Met de betere oplossingen gaat dat ook heel naadloos, waarbij je ook bestanden tussen aangesloten systemen kan uitwisselen. Soms zelfs tussen Windows en MacOS systemen.
Wel werken dat soort oplossingen doorgaans met hooguit 5 of 10 gigabit per seconde, en vaak langzamer, wanneer achterliggend een netwerkverbinding wordt gebruikt. Thunderbolt Share zal ongetwijfeld vele malen sneller en responsiever zijn. Voor zogeheten content creators kan het heel nuttig zijn om vanaf een laptop zo snel bestanden over te zetten naar een desktop. Dat je werkt vanaf één systeem en daarmee het andere bedient, is allicht nog handiger dan schakelen tussen de twee via kvm.
Thunderbolt Share komt met een prijs
Daarvoor zal de gebruiker wel in de buidel moeten tasten. Voor het gebruik van Thunderbolt Share is minimaal één product nodig dat een licentie hiervoor heeft. Dat kan een laptop zijn, maar ook een accessoire. Is de licentie aanwezig, dan kan je de Thunderbolt Share toepassing downloaden en gebruiken. Ook op een systeem dat géén licentie heeft. Het is niet duidelijk wat voor extra kosten zo'n licentie met zich meebrengt.
De prijs van Thunderbolt Share zit meer in iets anders: Thunderbolt accessoires, inclusief kabels, zijn niet goedkoop. Daar komt bij, dat een doorsnee Thunderbolt kabel 80 cm lang is. Kabels van 2 meter bestaan, en kosten pakweg 50 à 60 euro. Een optie is om een Thunderbolt dock te gebruiken om twee systemen met elkaar te verbinden. Op dat dock sluit je dan ook muis, toetsenbord en monitor aan. Zeker als je tussen twee laptops een verbinding wilt maken, klinkt dat als een handiger stap dan alle randapparatuur op een van de laptops aansluiten. Maar een Thunderbolt dock is al gauw vier tot acht keer zo duur als een usb-c dock. Een Thunderbolt docking monitor kan ook, maar ook die zijn aanzienlijk prijziger dan usb-c docking monitoren.
In de redenering van Intel heeft iedereen inmiddels zoveel pc's in huis, dat een naadlozer manier om die met elkaar te verbinden wenselijk is. Daar zou het gelijk in kunnen hebben, maar de realiteit is vermoedelijk weerbarstiger. Om te beginnen is de kans dat er meerdere pc's met Thunderbolt zijn, al minder groot. Maar bovenal zullen ze vaak door verschillende mensen gebruikt worden. De doelgroep die daadwerkelijk twee pc's gebruikt, is denkelijk toch kleiner.
Thunderbolt Share klinkt als een mooie toevoeging aan de toepassingen van deze snelle interface. Een kleine doelgroep zal er zeker zijn voordeel mee doen. Voor de meeste gebruikers zal het vermoedelijk vooral voordeel bieden bij het overstappen van de ene laptop naar de volgende. Daar is het toch handiger dan gehannes met een externe ssd.